Last van stemmen

Niet iedereen heeft evenveel last van de stemmen. De meeste stemmenhoorders in onze samenleving hebben er geen last van. Sommigen voelen zich duidelijk de baas over de stemmen; zij hebben invloed op de stemmen en kunnen ze stoppen wanneer nodig. Anderen redeneren niet in termen van de stemmen de baas worden en kiezen voor de positieve aspecten van het horen van stemmen.

Er zijn echter ook stemmenhoorders die zichzelf als ondergeschikt ervaren. Zij ervaren de stemmen als zeer bedreigend en overheersend. De stemmen maken hen machteloos, boos of bang waardoor de stemmen hun leven gaan bepalen. De stemmen kunnen indirect ook anderen last bezorgen; bijvoorbeeld de partner of de kinderen van stemmenhoorders. Ook ouders van kinderen die stemmen horen schrikken vaak en vragen zich af hoe ze met hun kind en diens stemmen moeten omgaan en waar ze hulp kunnen vragen. Zie ook het voorlichtingsboek “Stemmen horen bij kinderen” door Sandra Escher, te bestellen bij Stichting Weerklank.

Klachten die stemmen kunnen geven
Zowel positieve als negatieve stemmen kunnen veel klachten geven en van invloed zijn op je leven. Maar vooral negatieve en vervelende stemmen hebben invloed op het functioneren van mensen.

Er kan sprake zijn van:

  • concentratieproblemen (door het geluid/lawaai of het storen van de stemmen tijdens gesprekken; moeite met het voeren van gesprekken, vermoeidheid, gevoelens als angst, boosheid, schaamte, machteloosheid, onzekerheid)
  • verwardheid
  • depressieve gevoelens
  • rare gedragingen (bijv. in opdracht van de stemmen)
  • zelfbeschadiging
  • achterdocht (als je bijv. denkt dat de buren over je praten)
  • eenzaamheid, isolatie, terugtrekken
  • sociale problemen
  • pijn in lichaam, andere lichaamsbeleving

Bij kinderen en jongeren:

  • leerproblemen, de stemmen storen dan bijvoorbeeld in de klas
  • gedragsveranderingen zoals ineens teruggetrokken of juist heel ondeugend of lastig zijn
  • concentratieproblemen, niet goed opletten
  • nachtmerries, slecht slapen, niet willen slapen
  • afvallen of juist aankomen in gewicht
  • niet naar school willen
  • ziek voelen, buikpijn, hoofdpijn
  • angstig, zenuwachtig
  • boosheid
  • weer in bed plassen
  • rare ongelukken krijgen of risicovol gedrag vertonen